VMRG Kwaliteitseisen en adviezen

Dé basis voor het VMRG Keurmerk. Alle bedrijven met VMRG Keurmerk worden op deze hoge eisen gekeurd. Schrijf het VMRG Keurmerk voor in uw bestek, dan bent u verzekerd van een kwaliteitsgevel.

Filter

Selecteer
Hoofdstuk/Paragraaf

4.14 Profielontmoetingen

De verstekken en T-verbindingen dienen zodanig (ge)dicht te zijn, dat blijvend voldaan is aan eisen van luchtdoorlatendheid en waterdichtheid. Bij het stellen van de eisen t.a.v. de profielontmoetingen wordt een onderscheid gemaakt tussen:

  • Profielontmoetingen bij fabrieksmatig samengestelde gevelelementen;
  • Profielontmoetingen bij gelaste gevelelementen;
  • Profielontmoetingen bij op de bouw gekoppelde onderdelen.


Ad 1: Profielontmoetingen bij fabrieksmatig samengestelde gevelelementen:

Bij in de fabriek samengestelde VMRG gevelelementen mag de ongelijkheid van profielontmoetingen, gemeten in het vlak van de pui, bij versteknaden en T-verbindingen niet meer bedragen dan 0,5 mm bij profiel­diepten tot 90 mm.

Ten gevolge van profieltoleranties is het niet in alle gevallen mogelijk aan de eisen ten aanzien van de ongelijkheid van profielontmoetingen te voldoen.

De naden aan de zichtzijden mogen niet groter zijn dan 0,3 mm.

Ad 2: Profielontmoetingen bij gelaste gevelelementen
Profielen die in de hoekverbindingen en T-kruisingen worden gelast, moeten “vlak en strak” afgewerkt worden. Deze wijze van verbinden wordt veelal toegepast bij toepassing van koudgewalste kokerprofielen en/of warmgewalste stalen profielen. Opgemerkt wordt dat na het aanbrengen van het laksysteem de gelaste verbindingen nog zichtbaar (kunnen) zijn.

Ad 3: Profielontmoetingen bij op de bouw gekoppelde onderdelen:
Hieronder vallen vliesgevels, stijl- en regelwerk en op de bouw aan elkaar gekoppelde pui-onderdelen. De speling bij profielontmoetingen moet zodanig gekozen worden dat de werking in verband met temperatuurverschillen ongehinderd kan plaatsvinden, waarbij bewegingen van de bouwkundige constructie, volgens opgave van de opdrachtgever, zonder risico op blijvende gevolgschade gevolgd moeten kunnen worden.

Kieren mogen, exclusief profieltoleranties, niet groter zijn dan 2 mm. Kieren groter dan 2 mm moeten worden afgedicht met een hiervoor geëigend dichtingsmiddel.